9de boek...
Ziehier uit mijn 9de boek ‘GELUK’, na de 8 romans van ‘De Kronieken van Altic’, een ‘gedicht’ bij een foto van één van mijn ontelbare reizen op dit kleine planeetje:
Copán
Van alles
wat ik
in de wijde wereld
zag
zindert
één beeld na
meer dan
alle andere
Te paard
langs een rotspad
hadden we
een plek bereikt
met een
armoedig gebouwtje
een werkplaats
voor kinderen
in nood
Met maïsbladeren
maakten die
kleurrijke poppetjes
en bloemen
voor rijke mensen
als wij
en onder leiding
van de gaucho
die zich over hen
ontfermde
zongen
zij voor ons zelfs
het lied
van hun land
De man stond
naast mij
terwijl ik de pracht
van het landschap
aanschouwde
Honduras
is toch
een wondermooi land
zei hij
En toen zag ik
het meisje
met de rug
tegen de muur
van het kleine atelier
met haar blauwe
kleedje
en in de kleine
handjes
enkele van de
bloemen
daar gemaakt
Het is
haar blik
die mij nooit
heeft verlaten
die blik
heb ik trouwens
vastgelegd
zonder het haar
te vragen
Haar
ogen
staarden dromerig
voor zich uit
zo vol
van zo
weinig
maar zo
intens
vol
indiaanse
wijsheid
en mystiek
Alle dagen
zie ik haar
foto
en bid ik
voor haar
Ze moet nu al
een heel
vrouwtje
zijn
Is ze er nog wel
De foto’s
van onze kleinkinderen
staan er vlakbij
Net als onze kinderen
hebben zij
alles gekregen
het meisje
met het blauwe kleedje
zo weinig